Dit is een reactie op een stuk van Olaf Tempelman in de Volkskrant: Collega’s experimenteerden met artikelen verwerken met spraaksoftware. Zeker is dat ze een hoop lol hadden.
Van de eerste alinea’s van mijn dictaat van dit blogbericht maakte ik een schermopname. Mijn dictaat is ongefilterd, dus verwacht geen gelikte presentatie, maar precies zoals ik in de dagelijkse praktijk met Dragon dicteer. Inclusief saaie uitspraak 🙂 En als je liever leest, dan sla je gauw de video over.
Vanochtend vond ik in mijn inbox een e-mailtje van een bekende die ook met dragon spraakherkenningssoftware werkt.
Hij maakte me attent op een berichtje in de Volkskrant van gisteren over spraakherkenning. Een opiniestuk, dus ik begrijp dat we niet kunnen verwachten dat er enige sprake van nuance is.
Toch merk ik dat ik geprikkeld wordt door dit soort stukken. De inhoud van dit opiniestuk doet zó weinig recht aan de mogelijkheden van spraakherkenningssoftware dat ik me geroepen voel om een repliek te schrijven. Nou ja, te dicteren dan. Want dat lijkt me toch de enige manier om een krachtig weerwoord te geven: gewoon bewijzen dat het prima mogelijk is om een tekst in te voeren met spraakherkenning.
Vandaar ook dat ik het dicteren van deze eerste paar alinea’s opgenomen heb. Ik heb alleen de pauzes ertussen uitgeknipt die ik nodig had om mijn volgende zin te formuleren. Per slot van rekening is dat geen fout van de spraakherkenningssoftware, dat mijn hersenen soms wat traag werken.
Moet je LUID en DUIDELIJK dicteren?
Als iedereen gelooft wat Olaf zegt, dan hoef je er niet aan te beginnen. Hij schrijft “Het schijnt dat die software perfect werkt als mensen luid en duidelijk spreken, geen ‘uh’ zeggen en geen woorden inslikken. Eerst een andere mens creëren, is mijn advies.”
Ik kan jullie verzekeren dat ik zelf in een gewoon gesprek eindeloos ‘ ‘ zeg (en ik zei hier echt ‘uh’ maar, beste Olaf, de spraakherkenning is slim genoeg om dat weg te filteren). Ondanks mijn uh-zeggerij ben ik prima in staat om met spraakherkenning een artikel te schrijven. Want je leert het uh-zeggen vanzelf af als je gaat dicteren.
Bovendien praat ik helemaal niet hard en is dat ook nergens voor nodig. Duidelijk spreken? Ja, dat is wel handig. Als je steeds je woorden inslikt dan kan de spraakherkenning je inderdaad niet goed verstaan. Mensen kunnen dat beter dan computers. Aan de andere kant kunnen de meeste mensen dan weer niet zo snel typen als dat ik deze zin heb gedicteerd.
Persoonlijk vind ik het echt pijnlijk dat dit soort opiniestukken in de krant mensen misschien ontmoedigen om spraakherkenning uit te proberen. Terwijl zoveel mensen ontzettend veel profijt zouden kunnen hebben van spraakherkenningssoftware.
Is dicteren überhaupt moeilijker dan typen?
Tja, is piano spelen moeilijker dan dwarsfluit spelen? Dat zijn zo van die vragen… het hangt ervan af.
Kun je niet goed verstaanbaar spreken, heb je een sterk accent of na twee zinnen al vreselijk keelpijn? Dan is spraakherkenning waarschijnlijk niet geschikt voor jou. Maar het is echt geen hogere wiskunde!
Kennelijk vindt Olaf het trouwens de normaalste zaak van de wereld dat mensen in staat zijn om in een rap tempo minuscule toetsjes op een toetsenbord of mobiele telefoon in te drukken en daarmee een tekst te schrijven. Maar mensen zouden dus niet in staat zijn om te leren om nèt even iets duidelijker te spreken zonder de normale tussenwerpsels zoals ‘uh’?
Dat getuigt van weinig vertrouwen in de gemiddelde mens. Bovendien is het een belediging voor al Olaf’s media collega’s die bij de radio of televisie werken. Zij bewijzen dagelijks dat het prima mogelijk is om te spreken zonder ‘uh’ te zeggen.
En de advocaten en medici die al sinds jaar en dag met spraakherkenning hun stukken schrijven zijn ook niet op hun achterhoofd gevallen. Die weten best wel wat handig is. Als dicteren geen voordelen had boven typen, dan zouden deze beroepsgroepen nog steeds aan het typen zijn (of typisten inhuren).
Is spraakherkenningssoftware dan perfect?
Het mag duidelijk zijn dat ik een lans wil breken voor het gebruiken van spraakherkenningssoftware. Zeker voor computergebruikers met RSI, frozen shoulder, reuma of andere aandoeningen die het lastig maken om het toetsenbord of de muis te bedienen.
En nee, spraakherkenning is beslist niet perfect en maakt – soms hilarische – fouten. Maar ik daag alle verstokte typisten uit om eens een dagje zonder het aanraken van de backspace en deletetoets door te brengen. Dan wil ik wel eens zien hoe foutloos ze kunnen typen!